Postpartum depressie (PPD) / Postnatale depressie (PND) / Prepartum depressie


Vrouwen kunnen depressieve klachten tijdens de zwangerschap of in de eerste drie maanden na de bevalling ervaren.


Ze herkennen zich voornamelijk in de volgende klachten: minder plezier ervaren, verdrietig en leeg voelen, piekeren, problemen hebben met eten en slapen, zichzelf waardeloos voelen, prikkelbaar zijn en een verminderde concentratie.


De buitenwereld reageert meestal erg positief op de zwangerschap en het krijgen van een kind, maar bij vrouwen met deze klachten kan dit er toe leiden dat het moeilijk is om te bespreken dat zij niet blij is met haar zwangerschap of haar kindje.

Onjuiste benaming
De benaming ’postnatale depressie’ begint steeds bekender te worden. Dit komt vooral omdat er steeds meer aandacht aan wordt besteed in tijdschriften, boeken en op de televisie.


’Postnatale depressie’ is eigenlijk niet de juiste term, want ‘postnataal’ betekent ’na de geboorte’ en dat zou strikt gezien dus betekenen dat het kindje depressief is. Eigenlijk is het beter om het te hebben over de ’postpartum depressie’, want ’postpartum’ betekent ’na de bevalling’.


Symptomen
De symptomen van een depressie tijdens de zwangerschap en na de bevalling verschillen niet veel van een ’gewone’ depressie. De kenmerken van een depressie tijdens de zwangerschap of in het kraambed zijn uiteenlopend. Moeders met depressieve klachten herkennen zich voornamelijk in de volgende verschijnselen:

  • Duidelijk minder plezier hebben in dingen die eerst wel leuk waren. Het niet meer kunnen uitkijken naar het krijgen van een kind of niet kunnen genieten van de baby als die er is, zijn voorbeelden hiervan

  • Zich voortdurend verdrietig of leeg voelen zonder daarin getroost te kunnen worden. Ook het missen van het gevoel van een band met de baby hoort hier bij

  • Piekeren over allerlei zaken, ook over de gevoelens voor de baby

  • Geen trek meer hebben in eten of juist teveel of ongezond eten

  • Slecht slapen of juist heel veel slapen en toch nog vermoeid zijn

  • Een gevoel van rusteloosheid

  • Gevoelens van waardeloosheid en buitensporige schuldgevoelens zonder daarin gerust gesteld te kunnen worden. Een veel voorkomend voorbeeld hierbij is het gevoel geen goede moeder te zijn terwijl anderen zeggen dat het wel zo is

  • Een verminderde concentratie, waardoor het bijvoorbeeld niet lukt om een boek te lezen of een film te volgen

  • Angstig of gespannen zijn zonder duidelijke reden

  • Onredelijk reageren of prikkelbaar zijn. Herkenbaar is dat een moeder er niet meer tegen kan als de baby huilt

  • Terugkerende gedachten aan de dood of denken aan zelfmoord. Dat moeders ook hun eigen kind iets willen aandoen, hoort hier bij


Hoe kun je die symptomen herkennen?
Depressieve klachten worden tijdens de zwangerschap en na de bevalling vaak niet herkend. Dit geldt zowel voor de vrouwen zelf als voor de omgeving. Voor een groot deel komt dit doordat de klachten kunnen lijken op de verschijnselen van de zwangerschap en de drukke periode na de bevalling. Denk hierbij bijvoorbeeld aan moeheid, verminderde eetlust, slechter slapen en concentratieproblemen.

Toch zijn er wel verschillen. Deze hebben vooral te maken met de negatieve inkleuring van de klachten. Vrouwen weten wel dat ze eigenlijk blij moeten zijn met hun kind, maar ze voelen het niet, het ’moedergevoel’ ontbreekt. Veel (aanstaande) depressieve moeders voelen zich ook schuldig tegenover hun kind of partner. Ze twijfelen of zij wel een goede moeder (zullen) zijn. Soms is er een verminderd of afwezig gevoel voor het kindje, of zijn er juist heel heftige gevoelens van afkeer of haat.


Tijdens een depressie hebben vrouwen ook vaak het idee dat ze nooit meer beter zullen worden en dat het leven niet meer de moeite waard is. Sommige vrouwen voelen zich zo wanhopig, dat ze dreigen hun kind of zichzelf iets aan te zullen doen.


Wat maakt het voor deze moeders nog lastiger?
Een extra moeilijkheid die vrouwen met depressieve klachten vaak ervaren is dat de buitenwereld meestal erg positief reageert op de zwangerschap en het krijgen van een kind. Dit kan er toe leiden dat het voor de betreffende vrouw en aanstaande moeder extra moeilijk is om te bespreken dat zij niet of niet alleen maar blij is met haar zwangerschap of haar kindje.


Als ook de omgeving niet helpt deze moeilijke gevoelens bespreekbaar te maken, kunnen zij zich steeds eenzamer gaan voelen. Eenzaamheid versterkt op zichzelf weer de depressieve klachten, waardoor vrouwen in een negatieve spiraal kunnen raken. Het is dan ook belangrijk om op tijd professionele hulp te vragen als een vrouw erg somber is en zich gaat terugtrekken.


Hoe vaak komt het voor?
Ongeveer 10 tot 20% van de vrouwen heeft depressieve klachten tijdens de zwangerschap (prepartum depressie) of in de eerste 3 maanden na de bevalling (postpartum depressie). De kans om voor het eerst of opnieuw depressief te worden is het grootst in het kraambed. Ook vrouwen die een miskraam of abortus hebben gehad kunnen daarna depressief worden.


Wat weinig mensen weten is dat er net zoveel vrouwen depressief zijn tijdens de zwangerschap als na de bevalling. Depressief zijn tijdens de zwangerschap vergroot de kans op het krijgen van een depressie na de bevalling. Het zou daarom beter zijn net zoveel aandacht te besteden aan depressieve klachten tijdens de zwangerschap als na de bevalling.

Wat kunnen de oorzaken zijn?
Bij het ontstaan van depressieve klachten tijdens en na de zwangerschap is er meestal sprake van een combinatie van lichamelijke, psychische en sociale factoren. Daarom is het bij depressieve klachten belangrijk om de mogelijke oorzaken goed in kaart te brengen.


Sommige vrouwen hebben een grotere kans om een depressie te krijgen. Een aantal bekende risicofactoren zijn:

  • Depressieve klachten in het verleden
  • Angstklachten (in het verleden)
  • Stressvolle gebeurtenissen, zoals bijvoorbeeld een echtscheiding of een sterfgeval in de familie
  • Complicaties (= medische problemen) tijdens de zwangerschap en/of bevalling
  • Gebrek aan steun uit de omgeving
  • Relatieproblemen
  • Lage sociaal economische status (= lagere opleiding, lager inkomen, lagere positie op de arbeidsmarkt, slechtere huisvesting)
  • Immigratie, vooral naarmate het minder lang geleden is
  • Het niet (kunnen) geven van borstvoeding
  • Tienerzwangerschap


Interventies
Je kunt zowel bij de reguliere zorg als de complementaire zorg behandeling- en begeleidingsmogelijkheden vinden die jou kunnen helpen om van een depressie te herstellen.


Bron: LKPZ


unsplash